Topklasse weer eens onderwerp van gesprek

29 februari 2004
Overige
Opwinding in de top van het amateurvoetbal, ook al is er eigenlijk nog weinig aan de hand. Aanleiding is de uitnodiging aan de BZV (Belangenorganisatie Zaterdagvoetbal Verenigingen) en de LBA (Landelijke Bond Amateurvoetbalverenigingen) om maandagavond samen het bestuur amateurvoetbal KNVB en vertegenwoordigers van de afdelingen Technische Zaken en Wedstrijdzaken deel te nemen aan een informatief gesprek over een mogelijk te vormen topklasse boven de bestaande hoofdklassen in het amateurvoetbal.
De uitnodiging ging niet vergezeld van een agenda. 'Die zal er dus wel niet zijn', concludeert Jaap Bisschop, voorzitter BZV. 'De bijeenkomst heeft een inventariserend karakter over het mogelijk opstarten van gesprekken om te komen tot een topklasse. Rob Bruijnis (directeur amateurvoetbal KNVB, red.) heeft gezegd, dat er pas later beslist wordt of er echt een plan gemaakt gaat worden.' Waarmee maar gezegd wil zijn, dat er op beleidsniveau nog geen conclusies zijn getrokken. Wel is zeker, dat sinds 1999, toen zowel de hoofdklassers uit het amateurvoetbal als de clubs uit de eerste divisie van het betaalde voetbal lieten weten totaal geen belangstelling te hebben, het gesprek rond de vorming van een topklasse nooit helemaal van tafel is geweest. Nauwelijks enkele maanden na de bondsvergadering waarin de afwijzing formeel werd, stookte bondsvoorzitter Jeu Sprengers het vuurtje weer op. Weliswaar voorzichtig, want over promotie/degradatie tussen amateurvoetbal en de professionele sector, wat destijds een wat al te heet hangijzer voor alle betrokkenen was gebleken, werd met geen woord meer gerept. De KNVB gaf bij die gelegenheid aan met een structuurwijziging uitsluitend de belangen van het amateurvoetbal op het oog te hebben. En dus informeert de bond in 2000 of er voldoende draagvlak te vinden is voor de vorming van twee, mogelijk zelfs drie gemengde topklassen, d.w.z. topklassen gevormd door clubs afkomstig uit de hoofdklassen van zowel het zaterdag- als het zondagamateurvoetbal, ook al had een werkgroep in een eerder stadium het advies uitgebracht geen stappen te ondernemen om tot een gemengde competitie te komen. Tot duidelijke antwoorden is het nooit meer gekomen. Integendeel. Clubs hebben met een tweeslachtige houding zelf gezorgd voor de voedingsbodem onder een nieuw gesprek over een 'afgedaan' onderwerp. Samen met andere clubs roepen dat ze tegen zijn, maar tegelijkertijd 'en petit comité' zeggen, dat ze niettemin mee zullen doen, als het er toch van zou komen. Anders gezegd, de schijn wekken gezamenlijk een blok 'tegen' te vormen, maar als het er op aan komt kiezen voor het individuele clubbelang. Het moet gezegd, dat een aantal clubs, en dan beperken we ons maar even tot de zaterdagamateurs, intussen wel duidelijk met een opnieuw geformuleerd standpunt naar buiten is getreden. Met name Bennekom en DOVO hebben hun sinds 1999 gewijzigde opvatting herhaaldelijk naar buiten gebracht. Zakelijke belangen hebben hen in die richting geduwd. Vooral de zakelijke belangen van de sponsors, die in het verlengde daarvan natuurlijk ook het belang van de club vertegenwoordigen. Een club uit de topklasse biedt het bedrijf van een sponsor meer mogelijkheden tot landelijke exposure. En zo brengt uiteindelijk het geld het balletje weer aan het rollen. Vorige week woensdag liepen de clubs uit de hoofdklasse C vast vooruit op het gesprek dat maandagavond nog gevoerd moet worden. Zij waren unaniem in hun afwijzing van een topklasse. En met een schrijven hebben zij Jaap Bisschop van dat gezamenlijke standpunt op de hoogte gebracht. Jaap Bisschop: 'Natuurlijk luister ik naar wat mijn achterban wil, maar eerst moet ik van de KNVB horen wat ik precies moet onderzoeken.' Veel keus is niet voorhanden. Een onderzoek kan zich op drie varianten richten: a. Invoering van één of twee gemengde topklassen met zaterdag- en zondagamateurs. b. Invoering van topklassen met scheiding tussen zaterdag- en zondagamateurs. c. Handhaving van de bestaande structuur. Tenslotte, ter geruststelling van de tegenstanders van een topklasse: a. er zijn nog geen concrete stappen genomen om de structuur in de top van het amateurvoetbal te wijzigen. b. De soep wordt zelden zo heeft gegeten als hij wordt opgediend en het is heel goed mogelijk dat er ook deze keer van consumptie zal worden afgezien. Dat laatste is de mening van Sijm Beuk, die de kwestie vanuit twee invalshoeken beoordeelt. Als voorzitter van de vergadering van afgevaardigden binnen het amateurvoetbal belicht hij allereerst de procedure in de besluitvorming rond het onderwerp: 'Het gaat nu puur om de vraag of we boven de hoofdklassen een topklasse kunnen vormen als top van de piramide. Wat zou nu haalbaar kunnen zijn? Natuurlijk zijn de eerste die je dan moet horen de betrokken hoofdklassers, maar het moet niet zo zijn dat zij het voor het zeggen hebben. Als er al iets gaat veranderen, dan is dat toch na een besluit dat genomen wordt door de vertegenwoordigers van alle voetbalclubs (dus door de vergadering van afgevaardigden amateurvoetbal, red.).' Geruststellender klinken de woorden waarin de voetbalparlementariër zijn persoonlijke mening geeft: 'Het zal allemaal weer niet zo'n vaart lopen. De topklasse is nog steeds niet meer dan een doodgeboren kindje. Ik denk dat na de voorjaarsvergadering het onderwerp topklasse gewoon weer in de ijskast gaat.'
Door: Loek Laurman